Het low-code Power Platform maakt het gemakkelijk om verbinding te maken met de wereld, maar dit gemak heeft ook een keerzijde: rommel…
Door bijvoorbeeld Power Automates (flows) of Canvas apps te bouwen zal het platform automatisch een verbinding voor je genereren. Als je geluk hebt, zal het er één zijn, maar meestal zal het er meerdere genereren tijdens de ontwikkeling.
Dit goed organiseren is een must voor zowel de veiligheid als de verdere ontwikkeling. Met Verbindingsreferenties kun je deze lijst minimaliseren tot één verbinding per connector (in plaats van drie of meer).
En als je al jouw flows wilt wijzigen naar een andere verbinding of gebruiker, hoef je alleen de referentie te wijzigen en al jouw stromen worden gewijzigd.
Begin met het maken van een nieuwe oplossing:
Een nieuwe verbindingsreferentie toevoegen:
Geef de verbindingsreferentie een onderscheidende naam en kies de connector die je wilt gebruiken:
Kies nu de specifieke verbinding waarnaar je in deze omgeving wilt verwijzen:
Voeg een nieuwe instant flow toe, bij voorkeur een nieuwe oplossing:
Kies handmatig en selecteer “Create”.
Maak een nieuwe actie, Outlook 365 – Stuur een e-mail:
Wijs de e-mail toe aan jezelf en vul het onderwerp en de body.
Controleer ook de gebruikte verbinding, je zou nu de verbindingsreferentie moeten zien, naast de “rommel”:
Save en test het.
Exporteer vervolgens de “connection references”-oplossing en importeer deze in een andere omgeving.
Je wordt gevraagd om een verbinding toe te wijzen aan de referentie, wijs er een toe en importeer deze.
Importeer daarna je testflow en er wordt niet gevraagd om een verbinding, omdat je omgeving al weet wat te gebruiken.
Wanneer het importeren is voltooid, is de flow klaar voor gebruik. Het is ingeschakeld en volledig geconfigureerd.